De essentiële gezondheidszorg bij het jongvee

Als het over de gezondheid van het jongvee gaat zijn er drie belangrijke aandachtgebieden:

  1. De voeding in de biestperiode (§ 4.2).
  2. De voeding tot aan spenen  en insemineren (§ 4.3 en § 4.4).
  3. De hygiëne.
  4. De huisvesting en klimaat (§ 4.7).

Jongvee is in de periode tot de pubertijd kwetsbaar en naarmate de opfok beter verloopt, ontwikkelen de kalveren meer afweer. Met name de eerste maanden zijn met het oog op de gezondheid het belangrijkste. Daarna kunnen ze ook nog last hebben van specifieke ziektes of aandoeningen/infecties (zie ook § 4.8 weiden). In dit hoofdstuk wordt ingegaan op enkele specifieke aandoeningen. De in paragraaf 5.7 besproken infectieziekten bij melkvee vinden vaak hun oorzaak in de opfokperiode.

Diarree bij de kalveren

Veel kalveren hebben last van diarree in de eerste levensweken. Op sommige bedrijven komt het nauwelijks voor, op andere bij wel 50% van de kalveren. Soms geeft het nauwelijks zichtbare problemen, een andere keer juist ernstige, met de dood tot gevolg. Er zijn meerdere factoren die invloed hebben en de economische schade kan aanzienlijk zijn.

Economische schade

  • Behandelkosten
  • Extra arbeid
  • Sterfte van de kalveren
  • Sterke terugval in groei en ontwikkeling
  • Een hogere afkalfleeftijd
  • Slechtere productie in de lactatie
  • Kortere productieve levensduur

Verschijnselen

  • Verhoogde temperatuur, weinig eetlust, veel plat liggen en dunnere waterige mest.
  • Tekenen van uitdroging door het grote verlies aan vocht en elektrolyten.
  • Droge huid, ingevallen flanken, droge neus en bek.
  • Bij ernstige uitdroging liggen de ogen dieper, wordt het kalf slap en staat niet meer op.
    De temperatuur daalt en de kans op sterfte neemt sterk toe.

Invloedsfactoren

  • Infecties via de voeding (enteropathogenen, voedselvergiftiging)
  • Bacteriële infecties: met name E. coli in de eerste levensdagen.
  • Virusinfecties: Rota- en Coronavirus. De kalveren hebben last van diarree tussen 4 en 14 dagen leeftijd. Van Corona hebben ze last tot wel drie weken leeftijd.
  • Parasieten: Cryptosporidium. De kalveren kunnen er last van hebben op een leeftijd van 1 tot 5 weken
  • Verkeerde voeding: zorg voor de juiste verhouding van de poedermelk.
  • Verkeerde drinktechniek: zorg ervoor dat de slokdarmsleuf goed werkt en geen melk in de pens komt (kan het zogenaamde kleischijten veroorzaken)
  • Weerstand: zorg voor een optimale biestvoorziening en hanteer de 4 x V regel.

De belangrijkste infectieziekten, hun verschijnselen, oorzaak, preventie en behandelen.

VerwekkerVerschijnselen en gevolgenOorzaakPreventie en behandeling
Escherichia coli bacterieGeboortediarree, vochtverlies, waterige gele diarree, slechte eetlust en negatieve energiebalans. Kans op sterfte.Bacteriële infectie. door slechte hygiëne, vervuild water, overdracht door andere kalveren.Maximale hygiëne, snelle verstrekking van biest. Vaccineren van de koeien verhoogt de hoeveelheid antistoffen in het bloed en de biest. Stimuleren van vochtopname en behandelen met antibiotica.
Rota en Corona virusKomt op veel bedrijven voor. Ernstige diarree bij de kalveren en kan de dood tot gevolg hebben. In eerste week zeer gevoelig, in weken daarna belangrijke besmettingsbronnen van het virus.Virusinfectie via mest, latent aanwezig.Kalveren tot 5 dagen apart huisvesten. Worden beschermd door de biest. Gebruik de biest van de eerste melkbeurten. Daarna tot twee weken leeftijd apart van de rest huisvesten. Voorkomen van kruisbesmetting via materialen, kleding en gereedschap. Hokken na schoonspuiten goed laten drogen.
Crypto- sporidioseBesmetting vooral in eerste 7 dagen. Beschadiging dunne darm en chronische diarree vanaf 7e dag. Besmette dieren zijn belangrijke uitscheiders van oöcysten (eitjes). Sterke vermagering, niet reagerend op antibiotica.Parasiet. Protozoën Resistent tegen desinfecteer-middelen.Maximale hygiëne bij voeding en huisvesting. Geen kalveren aankopen. Preventief medicijngebruik doodt niet maar remt de uitwerking.
CoccidioseSterk vermageren, dunne mest, bloederige diaree en bevuilde achterhand, dof en vuil haarkleed. Sterke groeiachterstand.Darmparasiet. Protozoën. Besmetting via de mest. Vooral bij jonge kalveren onder stressvolle omstandigheden en in grote groepen.Voorkomen van overbezetting en stress. Zeer moeilijk te ontsmetten en grote kans op herbesmetting. Grondig reinigen met stoom of heet water onder druk. Afwisselende huisvesting waardoor besmetting van jonge kalveren niet mogelijk is.
Uitwendige parasietenVeroorzaken jeuk waardoor de dieren gaan schuren en likken. Er ontstaan kale plekken en soms huidontstekingen.Luizen Schruftmijten Ringschurft (schimmel)Scheren, aangekocht vee minimaal 8 dagen in quarantaine. Behandelen. Bij ringschurft geen jeuk. Asbestkleurige plekken rond neus en ogen. Natuurlijke genezing.Bij ringschurft geen jeuk. Asbestkleurige plekken rond neus en ogen. Natuurlijke genezing.
VliegenVliegen als de steekvlieg en horzels veroorzaken onrust. Zomerwrangvlieg veroorzaakt uierontsteking bij jongvee en droogstaande koeien.Vochtige, warme ruimten/plaatsen. Schaduwrijke en vochtige plaatsen. Mest en melkrestenHygiënemaatregelen, voer-, mest- en melkresten verwijderen. Behandelen met vliegenbestrijdingsmiddelen. Omgeving droog houden. Geforceerde luchtstroom onder koeien (bij robot).

Aandachtspunten en tips

  • Het verlies aan vocht bij diarree kan oplopen tot 7 liter per dag. Dat is meer dan wat ze opnemen en dat kan zeer snel leiden tot ernstige uitdroging. Grijp daarom snel in;
  • Het kalf verliest bij diarree veel energie en neemt het nauwelijks meer iets op. Zorg voor een goede opname van melk en eventueel extra glucose;
  • Verstrek een elektrolytenmix (Na+, K+, Cl-) in de juiste samenstelling;
  • Infecties kunnen voortkomen uit onhygiënisch werken. Maak alle materialen tussendoor goed schoon, maak de kalverhokken regelmatig en grondig schoon;
  • Houd de jonge kalveren weg van de melkkoeien. Daar is de infectiedruk doorgaans relatief zwaar;
  • Zorg steeds voor schone materialen zoals emmers en spenen;
  • Gebruik voor elk kalf steeds dezelfde emmer en speen om kruisbesmetting te voorkomen en om vlot drinken te bevorderen;
  • Vaak is het raadzaam om in overleg met de dierenarts een behandelplan op te stellen. Ziekten kunnen anders lang op het bedrijf blijven voortsluimeren.

De aanpak op een bedrijf uit de pilot Geef-ze-de-vijf. Door steeds dezelfde materialen voor elke kalf te gebruiken wordt de kans op onderlinge besmetting geminimaliseerd. Bovendien wordt de kleur “ingeprent’ (biologisch programmeren) bij de kalveren waardoor ze snel en makkelijk drinken. De werking van slokdarmsleuf is daarmee ook optimaal. In dit geval werden de spenen ook eens per week grondig schoongemaakt in de vaatwasser. Uitval onder de kalveren kwam op dit bedrijf zelden voor.

Klauwen

Klauwproblemen kunnen al op jonge leeftijd ontstaan als de kalveren beschadigingen aan de klauwen oplopen, als de conditie onvoldoende is en als de infectiedruk hoog is. Vaak is het een combinatie van factoren, met name in de periode dat ze op de roostervloer staan. Klauwen zijn slecht bestand tegen beton en de scherpe kanten van de roosters. De problemen die klauwproblemen voor de locomotie van het kalf kunnen veroorzaken, kunnen de rest van het leven blijvend voortduren. Eenmaal een slechte klauw wordt niet zomaar een goede klauw. Gebreken in de bouw, en daarmee een verkeerde stand van de klauw, zijn vaak blijvend.  Klauwproblemen beïnvloeden op hun beurt het gedrag en het welzijn van de kalveren en daarmee ook de groei en ontwikkeling. In paragraaf 5.7 wordt uitvoerig ingegaan op de klauwproblemen bij de koeien.

De meest gangbare klauwproblemen kunnen ook bij de kalveren voorkomen:
– Scheefgroei en een verkeerde stand;
– Primaire, infectieuze klauwaandoeningen als mortellaro, stinkpoot en tussenklauw ontsteking;
– Secundaire aandoeningen: bloedingen, zoolzweren, witte lijndefecten en tyloom.

Kalveren te lang op stro of in een combinatiehok houden zorgt ervoor dat de klauwen te weinig slijten. Ze gaan scheef lopen en kunnen daar nog lang last van hebben.

Als kalveren te jong op de roosters worden gehuisvest wordt de weerstand vaak minder, de ontwikkeling wordt geremd en de klauwen zijn nog niet bestand tegen de betonvloer.

Aandachtspunten en tips

  • Onvoldoende weerstand vergroot de kans op (infectieuze) klauwaandoeningen. Zorg dus voor een goede voeding, huisvesting en mineralenvoorziening.
  • Een vochtig klimaat verhoogt de infectiedruk. Een goed stalklimaat kan dat verminderen.
  • Jongvee dat is besmet met mortellaro kan andere koeien besmetten zodra ze in lactatie komen. Eenmaal mortellaro in de jongveestal, dan is het moeilijk om er weer vanaf te komen. Voorkom het!
  • Als mortellaro heerst bij de koeien werkt dan nooit tegen de leeftijd in om te voorkomen dat u de aandoening naar het jongvee verplaatst.
  • De kwaliteit van de vloer is van invloed op de klauwgezondheid. Voorkom scherpe randen, oneffenheden en losse rommel op de vloer.
  • Voor de groei van de klauwen zijn mineralen en spoorelementen onmisbaar. De productie van keratine, de belangrijkste stof voor de bouw van de klauwen, wordt daar sterk door beïnvloed (paragraaf 4.7.).
  • Het aantal dieren met klauwproblemen is vaak veel groter dan het aantal dat er zichtbaar last van heeft. Ziet u problemen? Kijk dan alleen verder dan de kalveren die er zichtbaar last van hebben.
  • Als kalveren te lang op stro lopen slijten de klauwen nauwelijks en worden ze veel te lang. Om te voorkomen dat ze scheef gaan lopen en de klauwen scheef
    groeien, moeten ze behandeld worden.
  • Met de fokkerij wordt de basis gelegd voor een goed gebouwde klauw. Klauwhoek, klauwstand, klauwverdeling zijn belangrijke aandachtspunten.